"Elke bocht is een uitdaging!"
Foto: Thomas Suer, Hoch-Zwei.net
023 Zandvoort Sport - Van 15 tot en met 17 juli a.s. is de prestigieuze Duitse toerwagenserie DTM te gast op Circuit Park Zandvoort voor het vijfde raceweekeinde van het seizoen.
"Elke bocht is een uitdaging!"
Foto: Thomas Suer, Hoch-Zwei.net
023 Zandvoort Sport - Van 15 tot en met 17 juli a.s. is de prestigieuze Duitse toerwagenserie DTM te gast op Circuit Park Zandvoort voor het vijfde raceweekeinde van het seizoen.
De in totaal 24 krachtige toerwagens van Audi, BMW en Mercedes-AMG zorgen ongetwijfeld weer voor volop spektakel. De meeste DTM-coureurs kiezen Zandvoort als hun favoriete baan, maar enkele rijders hebben bijzonder goede herinneringen aan het Nederlandse circuit in de duinen. De Duitser Mike Rockenfeller (32/Audi) werd in 2013 op Zandvoort voortijdig DTM-kampioen. De Portugees António Félix da Costa (24/BMW) behaalde er vorig jaar zijn eerste overwinning in de DTM. De Brit Gary Paffett (35/Mercedes-AMG) won drie keer op Zandvoort en behoort daarmee tot de succesvolste coureurs in de Nederlandse DTM-ronde. In een vraaggesprek vertellen de drie rijders over wat Zandvoort voor hen zo uniek maakt, hun favoriete plaatsen op en buiten de baan en andere aspecten.
Wat is het eerste waaraan je denkt bij het horen van de naam ‘Zandvoort’?
António Félix da Costa: “Het strand.”
Mike Rockenfeller: “Mijn favoriete circuit.”
Gary Paffett: “Ik heb tijden gehad waarin ik het circuit haatte, maar ook tijden waarin ik ervan hield. Het goede is dat het een echt ‘old school’ circuit is, zonder geasfalteerde uitloopstroken en alles. Als je een fout maakt, word je bestraft. Dat is de uitdaging, waardoor ik er zo graag rijd.”
Gary, je bent een van de weinigen die zeggen dat ze het circuit ook gehaat hebben. Voor de meesten is het hun favoriete baan…
Gary Paffett: “Ik haatte het circuit toen ik er crashte, ik had er volgens mij twee jaar achtereen vrij negatieve ervaringen. In de Formule 3 ben ik er in één jaar in beide races gecrasht en heb ik er bijna de titel verloren, in de DTM had ik er een aanrijding met Kristensen en ik heb er in 2012 de titel verloren toen ik van de baan gereden werd, dus het is niet alleen een ‘love affair’.”
António, er is natuurlijk wel wat meer in Zandvoort dan alleen het strand.
António Félix da Costa: “Ja, het is een beetje zoals Gary zei: alle circuits gaan in een richting met lange geasfalteerde uitloopstroken. Natuurlijk worden de circuits daardoor wel veiliger, wat een goede ontwikkeling is, maar daardoor heb je wel veel meer ruimte voor fouten, en dat is op Zandvoort niet het geval. Het is een beetje zoals Suzuka in de Formule 1, waar je rijders in de eerste of tweede vrije training van de baan ziet raken omdat ze fouten maken, en zo zou het volgens mij ook moeten zijn. Op Zandvoort zie je in de races ook regelmatig auto’s crashen, want de baan vergeeft geen fouten. Dat willen mensen zien. Als je kijkt naar mijn eigen prestaties op Zandvoort, dan was ik er in mijn eerste jaar misschien wel de langzaamste rijder op de baan, maar vorig jaar won ik. Het is de leukste baan om op te rijden, en natuurlijk vooral omdat ik er nu ook gewonnen heb!”
Wat voor een gevoel was dat, eindelijk die eerste overwinning binnen te halen?
António Félix da Costa: “Het mooiste was om eindelijk eens een paar punten te behalen, want we zaten er het hele seizoen al vrij dichtbij, maar vanwege diverse redenen kwam het er niet uit. En dan gelijk een overwinning, dat was natuurlijk top! De eerste overwinning in de DTM is iets bijzonders, al deze andere jongens kenden dat gevoel al een paar jaar. Wanneer je jong bent en graag naar de Formule 1 wilt, en dat dat niet lukt, dan is DTM een uitstekend alternatief, dus ik was heel blij dat ik in hetzelfde telefoontje waarin ik te horen kreeg, dat het met de F1 niks zou worden, wel meteen een zitje in de DTM kreeg. Voor mij is het nu normaal, maar het is speciaal om in deze serie te rijden en races te winnen!”
Mike, jij won in 2011 op Zandvoort voor het eerst een DTM-race, maar nog belangrijker was waarschijnlijk dat je in 2013 aan de tweede plaats op Zandvoort genoeg had om de DTM-titel binnen te halen. Wat zijn je mooiste herinneringen aan dat weekeinde?
Mike Rockenfeller: “In de eerste plaats moet ik zeggen dat ik gewoon altijd graag op Zandvoort rijd, ongeacht het resultaat. Ik heb er inderdaad mijn eerste overwinning behaald en het voortijdig winnen van de titel was heel bijzonder. Maar ook bij mij is het niet allemaal positief: in 2014 had ik de overwinning eigenlijk al op zak, maar toen kwam de safety-car en verpestte het voor me: toen eindigde ik ver in de achterhoede. Maar onafhankelijk van het resultaat: Zandvoort is een circuit waar ik naartoe kom en dan gewoon weet dat ik kan meestrijden voor de overwinning. Het strand, de sfeer, de hele omgeving. Er zijn altijd veel fans en voor mij is dat echt een van de circuits waar de DTM gewoon altijd moet rijden. Welke rijder je ook vraagt, ze rijden allemaal graag op Zandvoort!”
Zandvoort is de langst bestaande DTM-race buiten Duitsland, sinds 2001 was de serie ieder jaar op Zandvoort te gast. Een goede zaak?
Gary Paffett: “Er komen altijd veel bezoekers. Voor mij is bocht 7 (Scheivlak) de meest fantastische bocht van het hele jaar. Je komt volgas over de Hunserug, de auto beweegt, en dan moet je insturen, maar je kunt niet erg ver de bocht inkijken. Iedere keer als je die bocht goed neemt, voel je jezelf een goede coureur. Er is op Zandvoort geen bocht die gemakkelijk is, gewoon een bocht als vele anderen. Ze zijn allemaal lastig: met oneffenheden, aflopend, met gravel of zand… Zelfs het inrijden van de pitstraat: het lastigste van het hele seizoen! Op Zandvoort is niks gemakkelijk, maar daarom vindt iedereen het leuk.”
António Félix da Costa: “Het is een baan met karakter, en dat onderscheidt Zandvoort van de meeste andere circuits.”
Mike Rockenfeller: “En laten we het zand niet vergeten. Zeker aan het eind van de dag, als het gewaaid heeft, dan moet je gewoon zorgen dat je niet van de ideale lijn afkomt, want daarnaast ligt er zoveel zand op de baan! De laatste bocht is ook altijd een uitdaging: volgas over start en finish, en dan met behulp van DRS inhalen bij het aanremmen van de Tarzanbocht. Daar heb je geen kunstmatige aanpassingen van de baan voor nodig.
Wat is jullie favoriete gedeelte van de baan?
Mike Rockenfeller: “De snelle rechterbocht na het opkomen van de heuvel.”
Het Scheivlak
Mike Rockenfeller: “Ja, dat kunnen Nederlanders uitspreken, ik niet. Ook de voorlaatste bocht is mooi, en de eerste bocht, die schuin loopt.”
António Félix da Costa: “Hetzelfde als Mike, maar elke bocht heeft wel iets speciaal, zelfs de chicane (Hans Ernst Bocht, red.).”
Gary Paffett: “Ook wel het Scheivlak, maar ook bocht 2 (Gerlachbocht, red.). Op de een of andere manier heb ik die altijd wel goed voor elkaar, terwijl anderen het een lastige vinden.”
António Félix da Costa: “Daar raak ik steeds de kerbstone aan de binnenkant.”
Gary Paffett: “Inderdaad, dat bedoel ik. Maar het is een mooie bocht.”
Naast het circuit nog plaatsen waar jullie graag heen gaan?
Mike Rockenfeller: “Het strand.”
Gary Paffett: “Center Parcs, de bungalows naast het circuit. Serieus: de race op Zandvoort valt vaak in de zomervakantie en dan komt mijn gezin graag mee. Het is een prachtige race voor mensen om naartoe te komen met het strand in de buurt, als het weer meespeelt, wat natuurlijk niet altijd het geval is. Het is tenslotte niet zo ver van Groot-Brittannië.”
António Félix da Costa: “Ik vind super dat het circuit dichtbij het centrum is. Tegenwoordig zijn circuits meestal ver weg van de bewoonde wereld. In Zandvoort kun je ’s avonds in een restaurant in het centrum gaan eten of nog wat gaan drinken, dat vind ik leuk.”
Gary Paffett: “Er is één Italiaans restaurant aan het eind van de winkelpassage, dat hangt vol met foto’s van coureurs, daar ga ik ieder jaar minstens één keer heen.”
Mike Rockenfeller: “Oh ja, die ken ik ook. Het is altijd leuk om ergens te komen waar mensen passie voor het racen hebben. Ik kijk nu alweer uit naar Zandvoort!”
