Deel 1 Meneer Paprika een begrip in Haarlem
Foto's Onno van Middelkoop: Gonneke op de foto!
023 Haarlem economie - Het was september tweeduizendentien, we hadden een ‘Indian Summer’, en ik liep bijna dagelijks op en neer naar de Koningsstraat in Haarlem. Op een vaste plek, het tafeltje achterin, nam ik plaats om te genieten van iets wat in die periode mijn ochtendritueel was geworden.
Met een koffie verkeerd binnen handbereik en mijn naar pasgeboren baby ruikende dochter, was het daar waar ik een stukje van mijn dag doorbracht, om zo inhoud te geven aan de zeeën van tijd die ik als nieuwbakken moeder in mijn verlof had. ‘Meneer Paprika’ kwam voor mij precies op het goede moment. Die zomer waren zij neergestreken in het pand bij, toen nog Toyzone. Een gouden greep. Bijna acht jaar later is het café met zijn speelgoedwinkel en shop-in-shops een begrip in Haarlem en daarbuiten. En niet meer alleen voor de jonge moeder met vrije tijd!
Meneer Paprika, meer dan alleen koffie en speelgoed
Aaf en Gon, twee enthousiaste aanpakkers met gevoel voor creativiteit, hebben een ware ‘Paprika-reis’ doorgemaakt. Begonnen met het café, kwam daar al snel de kans om de speelgoedwinkel over te nemen en er hun eigen draai aan te geven. Intussen is er sprake van een heus ‘Paprika-team’, wat liefdevol door iedereen als een warm bad wordt omschreven. Ik spreek met Aaf, samen met Gon het briljante brein achter Meneer Paprika, die mij met veel enthousiasme vertelt dat de afgelopen jaren voorbijgevlogen zijn, hoe zij dit hebben ervaren en welke nieuwe ideeën er nog zijn.
Hoe kijken jullie terug op de start van jullie café tot aan nu?
Aaf (lachend): “Ik denk dan meteen: heel erg leuk en heel hard werken. Er waren periodes dat het ontzettend hectisch was. Het eerste jaar was er alleen het café en deden Gon en ik nog alles met zijn tweeën. In de avonden kwamen we terug om schoon te maken. Het was druk maar ook ontzettend leuk omdat we het zelf vorm konden geven. Nu, zoveel jaar later, hebben we een grote ontwikkeling doorgemaakt. Er is een team van personeel waardoor we zelf ook twee vaste middagen vrij zijn, en er in onze agenda zoiets bestaat als een ‘Paprika-loze dag”.
Ik vond het toen als buitenstaander een gouden greep, een café waar je met jonge kinderen gemakkelijk wat lekkers kon eten en drinken. Nog steeds is het iedere dag bomvol bij jullie, dus de behoefte is gebleven. Hoe kwamen jullie op dit plan?
“Ik werkte hiervoor in een kindermuseum in Amsterdam, zag daar veel mensen met jonge kinderen en vond het een gemiste kans dat er geen horeca was. In Amsterdam miste ik een plek waar ik ook relaxed met mijn kind kon zitten; ik had het gevoel dat je als jonge ouder al snel verbannen werd naar een soort ‘Ikea of Tun Fun’ (lees: binnenspeeltuin). Het idee van horeca voor deze doelgroep, met goed eten en drinken en fijne muziek, was ik langzaam al aan het uitwerken”, aldus Aaf. “Ondertussen verhuisde ik naar Haarlem en vertelde mijn buurvrouw over het idee. Die buurvrouw was Gon, zij was na jaren docente Frans ook op zoek naar een nieuwe uitdaging en zo zijn we als duo ‘geboren’. In die tijd kwam ik toen met mijn zoontje van drie regelmatig even in dit pand, omdat de mannen van Toyzone er een grote ‘Thomas de Trein’ hadden staan; je snapt wel waar mijn kroost toen fan van was. In onze zoektocht naar een pand vroegen we of zij mee wilden denken, waarop zij voorstelden om het hier te gaan doen. We waren meteen enthousiast. Het is natuurlijk ook een unieke ruimte.”
Na een kleine twee jaar kwam daar de speelgoedwinkel bij, een feestje om doorheen te lopen. Prachtig ingericht en werkelijk alles is leuk!
Aaf: “Het was nooit ons plan de speelgoedwinkel te runnen, maar er was plots een faillissement. Er kwam een curator langs en we kregen een week bedenktijd om het huurcontract over te nemen; zo niet, dan was het pand voor ons ook einde oefening. We zijn er ingesprongen en het is goed uitgepakt. We konden een fijne start maken; de winkel zelf was al goed ingericht en dat bleef allemaal staan. Maar de inhoud is totaal omgedraaid, alle speelgoedmerken hebben we zelf opgebouwd. Door het café hadden we al een warm klantencontact waardoor we goed wisten waar de behoefte lag en wat er miste in de winkel. Voor ons beiden is het runnen van de speelgoedwinkel veel leuker dan gedacht. Ik blijf wel een horecamens hoor, dat is mijn eerste liefde maar voor Gon ligt het zwaartepunt net iets meer op de winkel. Er is niet echt een enorme verdeling tussen onze taken; er is juist veel overlap omdat we beiden alles leuk vinden.”
Wat maakt deze plek zo bijzonder en succesvol?
“We zijn als Meneer Paprika gegroeid en ontwikkeld, niet als concept volledig af neergezet. Ik denk dat mensen die hier komen ook voelen dat het onze verlengde huiskamer is, een soort speelkamer waar we zelf dingen kunnen uitproberen. Klantencontact vinden we heel belangrijk en waardevol. Sommige klanten komen hier echt al vanaf het eerste begin, en je ziet hun kinderen groot worden. Dat is natuurlijk heel bijzonder. Tegelijk komen er steeds nieuwe gezinnen bij, en verjongt en verfrist het. Door de shop-in-shops van Django en Pieter, zijn we nu een plek voor alle leeftijden. De mannen zorgen er met hun aanwezigheid en hun winkel voor, dat het hier ook een beetje stoer blijft; het moet niet te soft worden! En ja, ondanks dat het team soms wisselt, is er een familiegevoel. We doen het samen, iedereen heeft inbreng en er moet ruimte blijven om nieuwe dingen te verzinnen. Dat gevoel van een soort ‘vrijstaatje’ te hebben met elkaar, is echt te gek.”
Als je in een glazen bol mag kijken, hoe zien jullie dan de komende tien jaar op ‘Paprika-gebied’?
“Het kriebelt om nieuwe dingen te starten, er zijn nog zoveel ideeën! En zolang we nieuwe dingen kunnen blijven doen, blijft het ook leuk om vol te houden. Met nieuwe ontwerpers willen we binnenkort een speelhoek ontwikkelen met lachspiegels. We dromen ook over een eigen festivalletje, of iets mobiels op het strand. We horen vaak dat we moeten gaan franchisen. In andere steden worden we daar ook voor gevraagd, maar zoiets moet, denken wij, van binnenuit ontstaan. Hier in Haarlem is het pand zo groot en uniek, zoiets is bijna onvindbaar. En het feit dat het één winkel is, is misschien wel juist de kracht.”
Wendy Cremer